Heemaf type 1931 – 1938 – 1952

Dit artikel beschrijft de familie telefoontoestellen die vanaf de jaren 30 in grote aantallen op het Nederlandse telefoonnet zijn toegepast. Het typisch Europese ontwerp van deze karakteristieke toestellen is oorspronkelijk van Siemens & Halske en is in vele landen geproduceerd en gebruikt.

Voor de Nederlandse markt werd dit markante telefoontoestel door Heemaf gefabriceerd, onder Siemens-licentie. Door de jaren heen werd de uitvoering van het toestel regelmatig gewijzigd en uiteindelijk is het tot ver in de jaren 50 geproduceerd. De meeste varianten worden op deze pagina omschreven én getoond¹. Het is het resultaat van bijna 10 jaar verzamel- en restauratiewerk.

type 1931

Tafeltoestel Heemaf type 1931 met aardtoets
fig.1: Tafeltoestel Heemaf type 1931 met aardtoets, bouwjaar 1935

Eind jaren twintig kwam het automatiseren van het Nederlandse telefoonnet op gang, hiervoor waren nieuwe telefooncentrales en telefoontoestellen met kiesschijf nodig.

De aanbesteding voor dit grote project werd door de Rijkstelefoondienst (later bekend als PTT) gegund aan de Duitse fabrikant Siemens, onder voorbehoud dat een deel van de productie van telefoontoestellen in Nederland zou plaatsvinden. Er werd tenslotte ook aan de werkgelegenheid in eigen land gedacht.

Zodoende werd vanaf 1931 door de Heemaf (Hengelosche Elektrische En Mechanische Apparaten Fabriek) onder licentie een Siemens-ontwerp gefabriceerd. Het Heemaf toestel heeft de doeltreffende naam “type 1931” en is een regelrechte kloon van het Modell 27 van Siemens & Halske.

Het toestel in figuur 1 is een mooi bewaard gebleven exemplaar uit 1935, in geheel originele toestand. Het toestel heeft aan de rechterzijkant een schildje met het toenmalige beeldmerk van de Rijkstelefoondienst, zoals te zien in figuur 2.

Schildje Rijkstelefoondienst
fig. 2: Schildje Rijkstelefoondienst

Vanaf maart 1932 werden de eerste door de Heemaf geassembleerde toestellen in de netten van de Rijkstelefoondienst gebruikt. Diverse onderdelen werden door Siemens aan de Heemaf aangeleverd, waaronder de kiesschijf, microtelefoon (hoorn) en het bovenste behuizingsdeel. Na verloop van tijd was het assemblage- en productieproces dermate uitgekiend dat er elke vijf minuten een telefoontoestel gereed was.

De behuizing van het toestel bestaat uit twee gedeeltes. Het onderste gedeelte bevat het grootste elektrische deel van het toestel, op het bovenste gedeelte zijn de kiesschijf en haak gemonteerd. Het onderste gedeelte van het toestel is van zwart gelakt plaatstaal gemaakt. Het bovenste gedeelte is gemaakt van een onder druk ingespoten zinklegering, evenals het opleggewei.

Heemaf type 1931 op console
fig. 3: Heemaf type 1931 op console, bouwjaar 1932

De eerste jaren worden door Heemaf uitsluitend tafeltoestellen geproduceerd. Om aan de vraag naar wandtoestellen te voldoen werd een speciale console ontwikkeld waarmee een standaard tafeltoestel aan een muur kan worden bevestigd. Deze consoles zijn tegenwoordig zeer schaars.

Kenmerken type 1931

Typerend voor het type 1931 zijn het bolvormige spreekrooster, de vernikkelde kiesschijf, ongelakte belschalen en een kiesschijf die mechanisch geblokkeerd is bij opgelegde hoorn. De kiesschijf was namelijk vóór het haakcontact geschakeld en hiermee werd voorkomen dat abonnees onnodig de telefooncentrale in bezet namen als zij met de hoorn op de haak aan de kiesschijf draaiden. Zie voor een detailfoto van dit mechanisme figuur 4.

Het hierboven genoemde bolvormige spreekrooster is gemaakt van bakeliet, de ring waarmee deze aan de hoorn bevestigd is bestaat uit een zinklegering. Er bestaan ook uitvoeringen met een eveneens bakelieten ring.

Detail kiesschijf Heemaf 1931
fig. 4: Kiesschijf met blokkeermechanisme Heemaf type 1931
Binnenwerk Heemaf type 1931 RT 1935
fig. 5: Binnenwerk Heemaf type 1931 Rijkstelefoon
Heemaf type 1931 achterzijde
fig. 6: Achterzijde Heemaf type 1931
Schema Heemaf type 1931
fig. 7: Schema Heemaf type 1931

Figuur 7 toont het schema van het type 1931, waarin kleurcode 1 = wit en de codes 5 en 35 = bruin.

Uitvoeringen voor PT Amsterdam

Tot ver in de jaren 40 hadden een aantal grote steden een eigen losstaande telefoondienst.

Deze werden ook wel plaatselijke of gemeentelijke telefoondienst genoemd. Ze vielen buiten de PTT regie en gebruikten vaak afwijkende telefoontoestellen. Deze steden waren Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.

Een interessant voorbeeld is het Heemaf toestel voor de PT Amsterdam uit figuur 8. Aan de buitenzijde valt hoofdzakelijk het ontbreken van het RT of PTT schildje op, maar aan de binnenzijde is het toestel behoorlijk anders. De opzet van de elektrische componenten is namelijk in spiegelbeeld uitgevoerd.

Heemaf type 1931 PT Amsterdam
fig. 8: Heemaf type 1931, uitvoering PT Amsterdam
Binnenwerk Heemaf type 1931 PT Amsterdam
fig. 9: Binnenwerk Heemaf type 1931 PT Amsterdam

Figuur 9 laat ook zien dat de scheidingsplaat tussen de belschalen en de elektrische componenten een hoofdzakelijk rechte vorm heeft, in plaats van gebogen zoals bij het RT toestel in figuur 5. Dit geeft aan dat het een vroeg exemplaar betreft.

Het bovenstaande toestel is in de veertiger jaren lichtelijk gereviseerd, hierbij is de belcondensator vervangen door een exemplaar van 1 [μF]. De PT Amsterdam ging op in de nationale PTT en er was behoefte voor standaardisatie, waardoor de resterende Amsterdamse toestellen aangepast moesten worden aan de algemene PTT normen. 

Heemaf type 1931 PT Amsterdam achterzijde
fig. 10: Achterzijde Heemaf type 1931 PT Amsterdam, met PTT logo

De harmonisering van de technische eigenschappen van de in omloop zijnde typen telefoontoestellen zorgde voor een forse verbetering van de gesprekskwaliteit. De technische vereisten werden later in zogenoemde normen vastgelegd, zoals Norm A en Norm ’51 (hierover later meer).

Wandtoestel type 1931

fig. 11: Heemaf type 1931 wandtoestel met aardtoets, bouwjaar 1935

Vanaf juli 1934 produceerde Heemaf, wederom onder Siemens licentie, een wandtoestel.

Het heeft een fraaie, doeltreffende vormgeving en dezelfde vernikkelde Siemens kiesschijf als de tafelmodellen.

Ook het wandmodel is voorzien van het blokkeermechanisme waardoor de kiesschijf niet gebruikt kan worden als de hoorn op de haak ligt. De elektrische schakeling van Siemens was in deze tijd nog niet dusdanig doordacht dat men hier omheen kon.

Heemaf type 1931 wand haak
fig. 12: Opleggewei wandtoestel type 1931

type 1938

Heemaf type 1938 wandtoestel PTT
fig. 13: Heemaf type 1938 wandtoestel

Vanaf 1938 werd door de Heemaf een doorontwikkeld toestel op basis van het beproefde type 1931 geproduceerd.

De Heemaf was tegen deze tijd in staat om meer onderdelen zelf te produceren, waaronder de hoorns en kiesschijven. Dit leverde een aanzienlijke kostenbesparing op, hier was extra baat bij omdat de vraag naar telefoontoestellen alsmaar toenam. In 1940 leverde de Heemaf het 200.000ste toestel af en had hiermee maar liefst zo’n 50% van de Nederlandse markt in handen².

De hoorn is van een nieuwer model en is afkomstig van het Siemens Modell 36 toestel. Vanwege deze nieuwe hoorn is het opleggewei aangepast, zie figuren 12 en 14. Het spreekrooster van de hoorn veranderde mee, van het bolletje naar een tuitje. De twee belschalen zijn vanaf dit type zwart gelakt, zie figuur 15.

Heemaf type 1938 wand haak
fig. 14: Opleggewei wandtoestel type 1938
Binnenwerk Heemaf type 1938 wandtoestel
fig. 15: Binnenwerk Heemaf type 1938 wandtoestel
Heemaf type 1938 1952 spreekrooster
fig. 16: Spreekrooster Heemaf type 1938 en 1952
Schema Heemaf type 1938
fig. 17: Schema Heemaf type 1938

In elektrisch opzicht is het type 1938 vrijwel gelijk aan het type 1931. De kiesschijf is nu met drie draden uitgevoerd. De mechanische kiesschijfblokkering is ook bij deze versie nog steeds noodzakelijk.

Van het type 1938 bestaat zowel een tafel- als wandmodel.

Heemaf type 1938 tafeltoestel PTT telefoon draaischijf
fig. 18: Heemaf type 1938 tafeltoestel PTT
Heemaf type 1938 achterzijde
fig. 19: Heemaf type 1938 achterzijde
Heemaf type 1931 1938
fig. 20: Heemaf type 1931 naast type 1938

type 1952

Heemaf type 1952
fig. 21: Heemaf type 1952

Het type 1952 is een verdere doorontwikkeling welke voldoet aan de PTT Norm ’51, elektrisch gezien wijkt het dus af van de voorgaande modellen, typen 1938 en 1931. De nieuwe elektrische schakeling is slimmer van opzet en is grotendeels gebaseerd op de schakeling van de Ericsson toestellen. Het mechanisme dat de kiesschijf blokkeert als de hoorn op de haak ligt is bij type 1952 toestellen dan ook niet meer aanwezig.

Zoals te zien in figuur 22 zijn de snoeren met de bekende tules aan het toestel bevestigd, waarbij ook een extra blindstop is aangebracht voor het snoer van een eventuele extra telefoon.

Heemaf type 1952 achterzijde
fig. 22: Achterzijde Heemaf type 1952

Het type 1952 bestaat enkel in tafeluitvoering, kennelijk kon de PTT met de toestellen van Ericsson en de gereviseerde Norm 51 toestellen (waarover hieronder meer) aan de vraag naar wandtoestellen voldoen.

schema heemaf type 1952
fig. 23: Schema Heemaf type 1952

Gereviseerde toestellen

Revisie-variant na WWII

Heemaf type 1931 gereviseerd jaren 40
fig. 24: Heemaf type 1931, gereviseerd

Een revisie-variant die ouder is dan de Norm ’51 toestellen is afgebeeld in figuren 24 en 25. Het is mogelijk dat deze revisie in een werkplaats van een plaatselijke telefoondienst is uitgevoerd i.p.v. de CWP. Na de Tweede Wereldoorlog was er veel te herstellen schade en alles wat de oorlogsjaren had overleefd diende spoedig weer gebruiksklaar te zijn.

Deze revisie op een type 1931 omvat o.a. een nieuwe laklaag, nieuwe bedrading met plasticisolatie en een gereviseerde kiesschijf. In tegensteling tot latere de Norm ’51 revisie blijft de mechanische kiesschijfblokkering noodzakelijk. Ook blijft de oorspronkelijke trekontlasting van de snoeren behouden.

Heemaf type 1931 gereviseerd jaren 40 zijkant
fig. 25: Heemaf type 1931 gereviseerd jaren 40 zijkant met PTT logo

Het is aannemelijk dat het oorspronkelijke Rijkstelefoonschildje werd verwijderd en door een PTT-schildje werd vervangen. Het Heemaf logo werd simpelweg overheen gelakt. Niet mooi, maar wel deel van de historie van het toestel.

Hieronder het binnenwerk van dit exemplaar, let ook op de belcondensator van 2 μF, in Norm ’51 was dit 1 μF. Ook de draadkleuren wijken hier en daar af van de latere Norm ’51.

Binnenwerk Heemaf type 1931 gereviseerd
fig. 26: Binnenwerk gereviseerde Heemaf type 1931

Norm A

Heemaf type 1931 PT Amsterdam tafeltoestel Norm A bj 1931
fig. 27: Heemaf type 1931, uitvoering PT A’dam of R’dam, aangepast aan Norm A

Norm A is een voorloper van de PTT Norm ’51.

Norm A toestellen zijn gereviseerde, oudere type toestellen. Van het toestel in foto 27 is de bedrading vervangen en is een voorloper van het Norm ’51-circuit toegepast. De belcondensator heeft een waarde van 1 μF. De snoerdoorvoer aan de achterzijde is aangepast, zodat snoeren met de bekende rubber trekontlastingen toepasbaar zijn. De originele Siemens & Halske hoorn en het opleggewei zijn behouden, maar de hoorn is voorzien van nieuwere telefoon- en microfoonkapsels (zoals die ook in Norm ’51 omschreven waren).

Het oorspronkelijke bouwjaar van het toestel is 1931. Gezien het ontbreken van een schildje aan de rechterzijkant is het in dienst geweest bij een plaatselijke telefoondienst (zoals Rotterdam of ‘s-Gravenhage). Het is gemaakt door Heemaf en waarschijnlijk een heel vroeg exemplaar, omdat de bodemplaat aan de achterzijde van het toestel op een andere wijze wordt ondersteund. Hierbij ontbreken de twee inkepingen in de plaatstalen behuizing, zoals in figuur 28 te zien is. Iets dat mij pas opviel toen ik het toestel weer in elkaar zette na schoonmaak en controle.

Heemaf type 1931 Norm A achterzijde
fig. 28: Achterzijde Heemaf type 1931 Norm A
Binnenwerk Heemaf type 1931 Norm A
fig. 29: Binnenwerk Heemaf type 1931 Norm A

Siemens Norm 51

In de loop van de jaren 50 werden toestellen van het type 1931 aangepast aan de PTT Norm ’51.

Na een revisie kregen zij stickers of schildjes met de tekst “NORM 51”, zie figuur 34 en 36. Naast het type 1931 waren ook de Heemaf type 1938 en Siemens Modell 27 toestellen hierbij betrokken. De mechanische kiesschijfblokkering is bij alle Norm ’51 toestellen komen te vervallen vanwege het herziene elektrische circuit.

Op het elektrisch schema worden deze “Norm 51” toestellen aangeduid als Siemens toestellen, terwijl Siemens na de Tweede Wereldoorlog geen toestellen meer aan de PTT leverde. Meest waarschijnlijk werd Siemens als verzamelnaam gebruikt, de toestellen werden immers door de Centrale Werkplaats der PTT gereviseerd op basis van zowel Heemaf als Siemens materiaal.

Siemens tafeltoestel norm 51 zonder aardtoets
fig. 30: Tafeltoestel Siemens type Norm ’51 zonder aardtoets
Siemens tafeltoestel norm 51 met aardtoets
fig. 31: Siemens tafeltoestel Norm ’51 met aardtoets
Siemens Norm 51 tafeltoestel met slot
fig. 32: Siemens Norm 51 tafeltoestel met slot tegen uitgaand telefoonverkeer

Figuur 33 toont de achterzijde van een Norm 51 tafelmodel. Hierbij is echt goed zichtbaar dat het toestel in de basis veel ouder is, de kenmerkende extra gaatjes en snoerdoorvoer van het type 1931 zijn nog steeds zichtbaar. De behuizing is aangepast zodat Norm ’51 snoeren met rechthoekige tules toepasbaar zijn, de extra blindstop zoals die ook op het type 1952 aanwezig is zien we ook hier weer terug.

Siemens Norm 51 achterzijde
fig. 33: Achterzijde Siemens Norm 51
fig. 34: Sticker aan de zijkant van het tafeltoestel Siemens Norm ’51

Naast de tafelmodellen zijn ook wandtoestellen aan Norm ’51 aangepast. Opvallend bij het exemplaar in figuur 35 is dat het voorzien is van een slot om uitgaand bellen te blokkeren. Het slot is, zeker bij de wandtoestellen, een weinig voorkomende optie.

Siemens Norm 51 wandtoestel met slot
fig. 35: Siemens Norm 51 wandtoestel met slot
fig. 36: Het schildje aan de zijkant van het wandtoestel type Norm ’51
Schema Siemens Norm 51 tafeltoestel
fig. 37: Schema Siemens Norm 51 tafeltoestel

Koopadvies

Tegenwoordig komt van alle hierboven beschreven revisievormen de Norm ’51 variant veruit het meeste voor. Men is destijds dermate ijverig aan het reviseren gegaan dat ze nu vaker voorkomen dan originele types 1931 en 1938. Ook is er in zo’n 6 decennia tijd door hobbyisten best wel eens een partijtje onderdelen gemixt om zo een “oud” uitziend toestel te creëren (bijvoorbeeld een type 1952 toestel met de vernikkelde kiesschijf van een type 1931). Als je dus online op zoek bent naar een authentieke type 1931 is het altijd verstandig om extra foto’s te vragen zodat je, eventueel aan de hand van dit artikel, kunt bepalen of het toestel enigszins klopt.

De opvolger

PTT Heemaf 1955 bakelieten telefoon
fig. 38: Heemaf type 1955

In 1955 komt de Heemaf met een geheel nieuw, volledig van bakeliet gemaakt telefoontoestel, het type 1955. Nog tot zeker 1960 is de Heemaf doorgegaan met de productie van het type 1952 en de CWP met het reviseren van de oudere toestellen naar Norm ’51.

noot 1: Alle afbeeldingen uit eigen collectie
noot 2: Honderd jaar telefoon, uitgave Staatsbedrijf der PTT (1981)

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.